Het concertrepertoire van Jan-Willem Schaafsma strekt zich uit van Monteverdi tot Berio, hij heeft daarin met de grote orkesten van Nederland gewerkt.

De tenor Jan-Willem Schaafsma studeerde aan het Koninklijk Conservatorium en behaalde zijn masterdiploma aan de Dutch National Opera Academy. Na zijn master zong hij o.a. Lysander in A Midsummer Night’s Dream (Britten), Belmonte in Die Entführung aus dem Serail (Mozart) en Lenski (Jevgeni Onegin, Tschaikovsky).

Hij zong solo’s bij de NPS-zaterdagmatinee, De Nationale Opera, Opera Zuid en de Nederlandse Reisopera (titelrol in Bernstein’s Candide). Ook speelde hij rollen in producties van Barok Opera Amsterdam en Opera2Day.

In 2021 was hij te zien bij het Orkest van de Achttiende Eeuw in Zauberflöte/ Die Schauspieldirektorin en bij De Nationale Opera in Een lied voor de maan. Zijn concertrepertoire strekt zich uit van Monteverdi tot Berio, hij heeft daarin met de grote orkesten van Nederland gewerkt. Hij zong o.a. de aria’s in de allereerste Matthäus Passion die Reinbert de Leeuw ooit dirigeerde.

Jan-Willem zong met orkesten als het Concertgebouworkest, Noord Nederlands Orkest, Orkest van de Achttiende Eeuw, Nederlands Philharmonisch Orkest, philharmonie zuid nederland en De Nederlandse Bachvereniging. Hij werkte onder dirigenten als Ed Spanjaard, Edo de Waart, Ivor Bolton, Cristian Macelaru, Reinbert de Leeuw, Shunske Sato en Kenneth
Montgomery.

Bariton Pierre Mak is een graag geziene gast in Edam; al sinds 2008 zingt hij de Christuspartij, gekenmerkt door diep inlevingsvermogen en warmte.

Pierre Mak studeerde zang aan de conservatoria van Zwolle en Utrecht, aan het Mozarteum in Salzburg en de Schola Cantorum Basiliensis in Basel. Hij nam deel aan masterclasses bij Elisabeth Schwarzkopf en Robert Holl. Verder volgde hij lessen bij Aafje Heynis, Henny Diemer en Margreet Honig.

Pierre Mak werkt met grote regelmaat als solist mee aan oratoriumuitvoeringen. De Passies van Bach, een groot aantal 19e eeuwse oratoria zoals het Requiem van Fauré, Ein Deutsches Requiem van Brahms, Paulus en Elias van Mendelssohn en enige 20e eeuwse oratoria zoals Carmina Burana van Orff  en A Child of our Time van Tippett behoren tot zijn repertoire.

Ook gaf hij talloze liederenrecitals. Met name het Duits-Romantisch en het Franse lied hebben zijn grote voorliefde.

In het najaar van 2007 maakte hij met groot succes zijn scenische operadebuut in een productie van Operastudio Nederland, waarin hij onder regie van Harry Kupfer de rol van Der Gatte in Reigen – Philippe Boesmans, vertolkte. Enige tijd later volgde een reprise van deze productie in het Théatre de la Bastille in Parijs.

In 2009 was Mak te zien in de reconstructie van Granida van P.C. Hooft, gerealiseerd door Stichting Ipermestra en Wim Trompert. In 2011 zong hij de rol van Frank in Die Fledermaus van Johan Strauss, geregisseerd door Hans Nieuwenhuis. Ook nam hij deel aan het zeer succesvolle project Rheingold op de Rijn in Das Rheingold van Richard Wagner, waarin hij de rol van Fasolt voor zijn rekening nam.

In juli 2018 was hij te zien en te horen in de rol van Lamme Goedzak in de opera Thijl van Jan van Gilse.

Pierre Mak is als hoofdvakdocent solozang verbonden aan het Conservatorium van Amsterdam.

Sopraan Agnes van Laar treedt veelvuldig op als vocaal solist. Zo was ze live vanuit het Muziekgebouw aan ’t IJ te horen op NPO Radio 4 (werken van Monteverdi en Gesualdo) o.l.v. Klaas Stok.

Ook soleerde Agnes met Florilegium Musicum (Bach-Oster-Oratorium), met het Gelders Orkest o.l.v. Joop Schets (Mendelssohn-Elias), met Consensus Vocalis en het Parnassus Ensemble o.l.v. Klaas Stok (o.a. Bach-Magnificat), met het Noord Nederlands Orkest o.l.v. Geert- Jan van Beijeren Bergen en Henegouwen (Bach-Magnificat), met The Northern Consort (o.a. Bach- Gloria in excelcis Deo), met het Luthers Bach Ensemble (o.a.Bach- Matthäus Passion) en het Orkest van het Oosten (o.a. Bach- Matthäus Passion) o.l.v. Béni Csillag.

Als ensemble-zanger zong Agnes bij Vox Luminis o.l.v. Lionel Munier, bij de Nederlandse Bachvereniging o.l.v. Shunske Sato en bij Bach Collegium Japan o.l.v. Masaaki Suzuki. Agnes wordt ook gevraagd voor later repertoire. Zo nam ze op het Grachtenfestival in Amsterdam, in een voorstelling met hoogtepunten uit de operageschiedenis, de rol van de Gravin (Mozart, Le Nozze) en van Frau Reich (Nicolai, Falstaff) op zich.

Agnes sloot haar beide Masters Oude Muziek aan zowel het Conservatorium van Amsterdam als aan het Koninklijk Conservatorium in den Haag cum laude af. Haar docenten tijdens haar Masters waren Xenia Meijer, Rita Dams, Peter Kooij, Pascal Bertin en Francesca Aspromonte. Agnes behaalde haar Bachelor Klassiek Zang bij Hanneke de Wit aan het Prins Claus Conservatorium.

Agnes ontving masterclasses van o.a. Margreet Honig, Ira Siff, Charlotte Margiono, Nico van der Meel, Ann Murray en Paul Triepels (ademcoach). Op het gebied van opera werd zij
gecoacht door Floris Visser, Elsina Jansen en David Prins.

Tijdens zijn studie orgel bij Theo Jellema ontdekte de jonge altus David van Laar zijn altstem en zijn liefde voor zingen.

Countertenor David van Laar zong als solist bij ensembles als Vox Luminis, het Radio Filharmonisch Orkest, Phion, het Orkest van het Oosten, het Luthers Bach Ensemble, Musica Amphion, Berlin, Baroque, Barockorchester Le Chardon, Eik en Linde, BarokOpera Amsterdam en The Northern Consort.

Hij was de altsolist bij het live uitgezonden NPO Radio 4 Kerstconcert onder leiding van Klaas Stok, met het Radio Filharmonisch Orkest en Consensus Vocalis. Ook soleerde hij met BarokOpera Amsterdam in Frankrijk in ‘Purcell Gala; William and Mary‘.

Een live-registratie van een concert met Vox Luminis werd uitgezonden op tv-zender France 3, waar hij soleerde in het Dixit Dominus van Händel. Na een bachelor orgel studeerde David zang bij Hanneke de Wit aan het Prins Claus Conservatorium in Groningen (bachelor en master, beide cum Laude) en aan het Conservatorium van Amsterdam bij Xenia Meijer (master). Tegenwoordig wordt hij gecoacht door Margreet Honig.

David is als zang- en ensembledocent verbonden aan het Prins Claus Conservatorium te Groningen en geeft les aan de solisten van de Roden Girl Choristers.

De bariton Robbert Muuse vertolkt als oratoriumsolist vele werken van J.S. Bach. Oude muziek vormt een vast onderdeel van zijn repertoire. Hij zingt daarnaast uiteenlopend repertoire van renaissance tot hedendaags.

zoals van Monteverdi, Franse barok, Händel, Beethoven, Mozart, Haydn, Rossini, Mendelssohn, Brahms, Puccini, Fauré, Poulenc, Duruflé, Tippett, Vaughan Williams (Sea Symphony) en Erwin Schulhoff.

In 2016 zong hij met pianoduo Arthur en Lucas Jussen de Carmina Burana van Carl Orff. In concerten en opera’s werkte hij als solist met dirigenten Ed Spanjaard, Reinbert de Leeuw, Jan Willem de Vriend, Valéry Gergiev, Christoph Poppen, Jos van Veldhoven, Paul Goodwin, Kynan Johns en Matthew Halls, in samenwerking met orkesten Holland Baroque Society, Philharmonie Zuid-Nederland, Het Nederlands Symfonieorkest, Combattimento Consort, Vlaams Radio Orkest, Concerto d’Amsterdam, De Nederlandse Bachvereniging, ensemble Ex Tempore en Mannheimer Hofkapelle o.l.v. Florian Heyerick, Neue Philharmonie Westfalen, Southbank Sinfonia (Londen), het Verbier Festival Orchestra, en de diverse Nederlandse symfonieorkesten. Hij zong tientallen operarollen zoals de titelrol in Eugen Onegin van Tsjaikovski. Verder o.a. van Mozart Così fan Tutte, Zaide en Die Zauberflöte; Aeneas (Purcell), Phaeton (Lully), Agrippina (Händel); Boswachter in Het Sluwe Vosje (Janáček), Hänsel und Gretel (Humperdinck), Escamillo in La Tragédie de Carmen (Bizet/Brook), Dr. Falke in Die Fledermaus (J.Strauss).

Oude muziek vormt een vast onderdeel van zijn repertoire. Zo was hij 10 jaar baroksolist in het Franse Ensemble Pierre Robert o.l.v. Frédéric Desenclos. In 2017 verschenen 2 CD’s met Passion Cantatas van Graupner, met ensemble Ex Tempore o.l.v. Florian Heyerick. Sinds 2002 is hij freelance werkzaam in het Nederlands Kamerkoor.

Liedrecitals gaf hij sinds 1994 met pianiste Micha van Weers, onder meer in het Concertgebouw in Amsterdam, in Stuttgart, Karlsruhe, Salzburg en Parijs. Kenmerkend in hun repertoire zijn bijzondere, maar onbekende liedwerken: Zo hebben zij een grote verzameling liederen opgebouwd van joodse componisten tot aan WOII. Zij maakten verschillende CD’s. Bij label Challenge Records brachten zij CD’s uit: “Alle Lust will Ewigkeit” met première-opnamen van liederen van Julius Röntgen, en “Songs of Quest and Inspiration” met veelal wereldpremière-opnamen van liederen van Cyril Scott.

Robbert Muuse werd in Groot-Brittannië gecoacht door Gary Coward en Julius Drake; daarvoor studeerde hij Cum Laude af voor zang en opera bij Mya Besselink aan het Conservatorium van Maastricht, hij vervolgde zijn vocale studie bij Donald Litaker (Opernschule Karlsruhe), en studeerde samen met pianiste Micha van Weers Liedgestaltung bij Konrad Richter (Stuttgart) en Hartmut Höll (Mozarteum Salzburg).

Leon van Liere is veelzijdig in oratorium en opera, van Bach tot Bernstein, van Buxtehude tot Britten.

Leon van Liere studeerde klassiek zang bij Frans Huijts aan het Rotterdams Conservatorium, waarna hij zijn opleiding vervolgde bij Raymond Modesti en Brian Masuda. Momenteel wordt hij gecoacht door Marion van den Akker en Rudolf Piernay. Verdere lessen en masterclasses volgde hij bij onder meer Roberta Alexander, Carolyn Watkinson, Marcel Reijans, Paul Triepels, Margreet Honig, Alexander Oliver en Dennis O´Neill.

Als oratoriumzanger vertolkte hij soli in onder andere de Matthäus Passion en Johannes Passion van Bach, Messiah van Händel, Die Schöpfung en Die Jahreszeiten van Haydn, het
Requiem en diverse missen van Mozart, Elias en Paulus van Mendelssohn, het Requiem van Verdi en Stabat Mater en het Requiem van Dvorak.

Gedurende zijn studie was hij te zien in producties van de Dutch National Opera Academy, als Il Podestà in La Finta Giardiniera van Mozart en als Son in Less Truth, More Telling van Thierry Tidrow. Leon zong verder rollen als Ismaele (Nabucco, Verdi), Rinuccio (Gianni Schicchi, Puccini), Tamino (Die Zauberflöte, Mozart), Rodolfo (La Bohème, Puccini) en Alfredo (La Traviata, Verdi). Hij vertolkte tijdens het Peter de Grotefestival in Groningen en het Grachtenfestival in Amsterdam de rollen van Willem Mons en Nicolaas Witsen in The Tsar, his wife, her lover and his head van Monique Krüs en wederom tijdens het Amsterdams Grachtenfestival Maximiliaan en Cacambo in een korte, Nederlandstalige versie van Bernsteins Candide, een herneming van een productie van het Resident Artists Programme van de Nationale Reisopera.

In 2017 vertolkte hij in de NTR Zaterdagmatinee de rol van Kapitein (Simon Boccanegra, Verdi, gedirigeerd door James Gaffigan). In 2018 was Leon tijdens het Bredewegfestival te zien als Don José in een bewerking van Carmen (Bizet) en keerde hij terug bij de NTR Zaterdagmatinee in A Village Romeo and Juliet (Delius) onder leiding van Sir Mark Elder. In 2019 zong hij daar een aantal rollen in Die Gezeichneten (Schreker), gedirigeerd door Markus Stenz. In 2021 vertolkte Leon de rol van Bob Boles in Peter Grimes, uitgevoerd aan de Waddenzee bij het Friese Paesens-Moddergat.